België krijgt met GrensPark KempenBroek een eerste UNESCO Biosfeergebied
Afgelopen vrijdag besliste de Internationale Coördinerende Raad voor het Mens- en Biosfeerprogramma van UNESCO in Agadir (Marokko) om het KempenBroek te erkennen als grensoverschrijdend Biosfeergebied. Het KempenBroek wordt hiermee het eerste grensoverschrijdende UNESCO Biosfeergebied in de Benelux, het eerste in België en het tweede in Nederland.
Groot feest in het GrensPark KempenBroek, beide provincies Limburg, Noord-Brabant en in het Regionaal Landschap Kempen en Maasland.
Een internationaal netwerk en ‘sterk merk’
Het UNESCO Mens en Biosfeer-programma is in 1971 opgericht. Het stelt de relatie tussen de mens en zijn leefomgeving centraal. Het vertaalt de principes van duurzame ontwikkeling naar een lokale context en maakt zo de verbinding tussen wetenschap, maatschappij en beleid. Het in de praktijk brengen van duurzame ontwikkeling gebeurt door alle belanghebbenden: van lokale overheden, bewoners en bedrijven tot scholen, kennisinstellingen en ngo’s.
Wereldwijd zijn er 748 biosfeergebieden in 134 landen (2023) die als icoon voor duurzame ontwikkeling dienen. Slechts 23 zijn grensoverschrijdend, met nu KempenBroek als 24ste. België kende tot nu nog geen Biosfeergebied, in Nederland werd de Maasheggen in 2018 het eerste UNESCO Biosfeergebied.
Het KempenBroek wordt meteen een “sterk merk” als deel van het UNESCOWorld Network of Biosphere Reserves, een dynamisch en interactief netwerk van gebieden die harmonie bevorderen tussen mensen en de natuur voor duurzame ontwikkeling door middel van een participatieve dialoog; het delen van kennis; armoedebestrijding en verbetering van het menselijk welzijn; respect voor culturele waarden en het vermogen van de samenleving om met veranderingen om te gaan.
Een nieuwe parel aan de kroon
Het Regionaal Landschap Kempen en Maasland is alweer de drijvende kracht achter deze erkenning. Met het Nationaal Park Hoge Kempen, het RivierPark Maasvallei en nu het GrensPark KempenBroek wordt opnieuw een internationale standaard gezet op het vlak van natuur-, erfgoed- en landschapsontwikkeling met een sterk maatschappelijk draagvlak en een grote sociaaleconomische return.
Het GrensPark KempenBroek is een uniek, natuurrijk en kwaliteitsvol mozaïeklandschap en ligt op het kruispunt van de beide provincies Limburg en Noord-Brabant, waar het Regionaal Landschap Kempen en Maasland al 24 jaar samengewerkt met heel wat partners waaronder alle Vlaamse en Nederlandse gemeenten (Bree, Bocholt, Maaseik, Kinrooi, Weert, Nederweert en Cranendonck) en de provincies Limburg (B), Limburg (NL) en Noord-Brabant (NL).
Acht jaar geleden, in 2016, werd de aanvraagprocedure opgestart op vraag van de provincies en de gemeenten waarvan het KempenBroek deel uitmaakt. Om deze kandidatuur inhoudelijk voor te bereiden, werd samen met de partners een masterplan opgesteld om de streek duurzaam te ontwikkelen. De kandidatuur werd door de Vlaamse en Nederlandse UNESCO Commissies ingediend op 29 september 2023.
Zowel in Nederland als in Vlaanderen wordt er enthousiast gereageerd. De gemeente Weert kreeg in 2014 al de erkenning als groenste regio van de wereld, o.a. door haar investeringen in het KempenBroek. De provincie Belgisch Limburg krijgt er - na twee nationale parken (Hoge Kempen en Bosland) en drie landschapsparken (RivierPark Maasvallei, Hart van Haspengouw en Grenzeloos Bocagelandschap) – een nieuwe parel aan de kroon met deze UNESCO erkenning.
Ignace Schops, directeur Regionaal Landschap Kempen en Maasland: “Niet alleen voor de bescherming van natuur, landschap, erfgoed en landbouw is deze erkenning erg belangrijk. Ook in marketingtermen is UNESCO een heel sterk merk. De bakker en de slager; de hoteleigenaar of de café-uitbater; de boer en de natuurbeschermer; de burgemeester en de ondernemer … de hele lokale gemeenschap profiteert mee van deze UNESCO erkenning. Kortom, dit is een pluim op de hoed van iedereen voor de jarenlange steun en geloof! En wat ik zo krachtig vind is dat de UNESCO erkenning geen rechtstreeks gezag heeft, maar wel status en met hoge waardering door het brede publiek. Ik reken erop dat ook de Vlaamse en Nederlandse overheid in deze erkenning financieel willen investeren.”
“Met de erkenning van het KempenBroek als UNESCO Biosfeergebied zetten het Regionaal Landschap Kempen en Maasland en de provincie Limburg opnieuw een mijlpaal in Vlaanderen en Nederland op het vlak van gebiedsgerichte samenwerking. Het toont hiermee opnieuw aan dat bescherming van natuur en landschap hand in hand kunnen gaan met een duurzame sociaaleconomische ontwikkeling”, aldus Bert Lambrechts, gedeputeerde Milieu en Natuur en voorzitter Regionaal Landschap Kempen en Maasland.
Wat houdt het in?
Biosfeergebieden zijn gebieden waar lokale gemeenschappen samen werken aan een positieve, duurzame toekomst voor zichzelf en hun streek – zeg maar hun deel van de biosfeer, het dunne laagje van onze planeet waarin leven mogelijk is. Kenmerkend voor Biosfeergebieden is dat ze dynamisch zijn: innovatieve methoden voor de bescherming van biodiversiteit gaan er hand in hand met sociaaleconomische ontwikkeling. Het gaat dus over de duurzame ontwikkeling van een gebied, en heeft daarnaast een wetenschappelijk karakter, met onderzoek en educatieve activiteiten als belangrijke pijlers.
Typisch is dat in de gebieden niet ‘top-down’ wordt gewerkt vanuit een centrale overheid, maar dat ze een levendig samenwerkingsverband vormen van lokale overheden, bewoners, bedrijven, scholen, kennisinstellingen, en ngo’s.
Een Biosfeergebied moet belangrijke natuurlijke en culturele waarden hebben en enkele beschermde gebieden bevatten. Het gebied moet representatief zijn voor een type landschap en/of marien gebied, zodat de resultaten van het Biosfeerproject elders kunnen worden gebruikt. Biosfeergebieden kunnen zowel uit natuur- als cultuurlandschappen bestaan. Puur natuur of wildernis is geen noodzaak.
Geen bijkomende regels
UNESCO heeft geen wetgevende bevoegdheden en de erkenning tot Biosfeergebied leidt dan ook niet tot bijkomend beleid of bescherming van het gehele gebied. UNESCO verwacht van Biosfeergebieden dat ze hun doelen bereiken, niet door bijkomende wetgeving te creëren of beperkingen op te leggen, maar door een actieve dialoog tussen de verschillende streekholders. Bovendien verandert niets aan de rechten van de burgers op hun eigendommen.
Het KempenBroek, best bewaarde geheim van Nederland en Vlaanderen!
Door de eeuwenlange wisselwerking tussen mens en natuur bestaat het KempenBroek uit een bijzonder afwisselend landschap waar natte en moerassige gebieden worden afgewisseld met droge zandruggen. Het is een ware mozaïek van landschappen met moerassen, beekvalleien, vennen, bossen, heide en landbouwgebieden. Ook de dorpen en enkele steden liggen verspreid in of aan de rand van het gebied op de hogere gronden en huisvesten tegenwoordig zo’n 75.000 inwoners in totaal.
Deze landschappelijke diversiteit weerspiegelt zich in een rijke biodiversiteit en het gebied heeft een belangrijke rol in het behoud van habitats en soorten in Vlaanderen en Nederland. Voor het behoud van enkele soorten speelt het gebied zelfs een essentiële rol!
Op economisch vlak is het gebied, zowel het Vlaamse als Nederlandse deel, een belangrijk landbouwgebied dat instaat voor de voedselproductie. De laatste jaren neemt het belang van toerisme als onderdeel van een duurzame plattelandseconomie sterk toe.
Gedurende eeuwen tekende de mens grenzen op het canvas van het gebied, een laatste keer in 1839 toen het een grensstreek tussen België en Nederland werd. Sporen van dit eeuwenoude grensverleden en -heden in de vorm van grenspalen, verdedigingssystemen, … zijn in het landschap leesbaar of maken deel uit van het gemeenschappelijke orale erfgoed.
Het is een gebied met een stille, bescheiden geschiedenis. In deze streek aan de rand van de Kempen noopte de voedselvoorziening op arme ondergrond eeuwenlang tot een dagelijks gevecht om het bestaan. Een rijke cultuurhistorie vertaalt zich dan ook niet in opzichtige kathedralen of monumenten, maar in functionele gebouwen zoals de vele wind- en watermolens. Een rijke culinaire traditie en (traditionele) festiviteiten zijn levende getuigen van de veerkracht van de mensen die ondanks het dagelijkse labeur genoten van het leven.